O Zoete Zaligmaker

O Zoete Zaligmaker die tot onze Verlossing den Kruisdood hebt willen ondergaan en U sinds Kalvarie onophoudelijk op onze altaren slacht-offert, wij smeeken U ootmoedig, moge ons huidig menselijk lijden en dit van onze geliefden, dat wij U opdragen, gelouterd worden in den smeltkroes der Goddelijke Liefde die Gij niet ophoudt ons te bewijzen.

Moge het aldus met en naast Uw Goddelijk Lijden waardig bevonden worden om dit uit te boeten voor onze zwakheden, onze misdaden, ons verraad. Moge het ons, door het toevoegen van Uw onuitputtelijke Verdien-sten, de genade bekomen ons het voorrecht verschaffen van op zulk wonder-bare wijze door de Goddelijke Voorzienigheid te worden beschermd, zooals dit tot op heden toe is gebeurd. Moge het ons het onuitsprekelijk geluk brengen van spoedig weer te zijn vereenigd met de afwezige geliefden, opdat wij bij hen de beschermende rol mogen opnemen die ons door de Goddelijke Voorzienigheid is toevertrouwd.

Geef ons de kracht en de gelegenheid te herstellen wat wij in onze huisgezinnen hebben te kort gedaan; geef ons de genade de nieuwe christen wereld te helpen opbouwen.

Amen.


Op Goeden Vrijdag, 30 maart 1945, te Blumenthal.